Saturday, 24 October 2020

Liefde is de Wet

 In die tijd kwamen de Farizeeën bijeen, toen zij vernamen
dat Jezus de Sadduceeën de mond gesnoerd had. 

En een van hen, een wetgeleerde,
vroeg Jezus om Hem op de proef te stellen:
“Meester, wat is het voornaamste gebod in de Wet?”
Hij antwoordde hem:
“Gij zult de Heer uw God beminnen met geheel uw hart,
geheel uw ziel en geheel uw verstand.
Dit is het voornaamste en eerste gebod.
Het tweede, daarmee gelijkwaardig:
Gij zult uw naaste beminnen als uzelf.
Aan deze twee geboden hangt heel de Wet en de Profeten.”

 

Broeders en zusters in Christus,

Hoe vaak gebeurt het niet dat we een beslissing moeten maken, een keuze moeten maken tussen twee verschillende opties die allebei goed zijn? Wij moeten bijvoorbeeld op dit moment zo weinig mogelijk afspraken maken omwille van de pandemie, maar tegelijkertijd is ook goed om onze kostbare vriendschappen en familiebanden niet te laten versloffen. Wat is dan wijsheid?

Wat zou het dan mooi zijn als je een boek had, met alle belangrijke regels er in waarin je kan lezen wat je moet doen. Voor de joden uit de tijd van Jezus was dat boek er, het heet de Torah, de Wet (of de Onderwijzing) van Mozes.

Er zit natuurlijk wel aan vast dat je je ook aan die wet moet houden. Aan honderden regels van de Wet van Mozes, meer dan zeshonderd.

Maar als je dat doet kom je er achter dat je probleem helemaal niet zo goed opgelost is. Want zoals dat gaat met regels komt het ook voor dat je je moet afvragen welke regel in een bepaald geval voorgaat. En hoe bepaal je dat?

Als er een conflict is tussen de regels – en die conflicten zijn er altijd – hoe bepaal je dan welke regel het belangrijkste is? Is dat de regel die het eerst genoemd wordt? Of de regel waarvan de meeste geleerden zeggen dat die het belangrijkst is? En hoe kom je daar eigenlijk achter?

U begrijpt het al, als we niet uitkijken wordt zo`n vraag grond voor eindeloze discussies waar je met geen mogelijkheid uitkomt, want elke oplossing die mensen kunnen verzinnen kan ook weer door een ander mens worden tegengesproken.

Dat is de achtergrond die we in gedachten moeten houden als we het het Evangelie van deze zondag lezen. We komen weer een voorbeeld tegen van de tegenstanders van Jezus die Hem proberen te vangen in zijn eigen woorden. Verschillende groepen mensen die Jezus maar lastig of gevaarlijk vinden gaan het strijdgesprek met Hem aan, maar elke keer moeten ze afdruipen, maar elke keer stellen ze wel een strikvraag over een onderwerp dat leefde in de samenleving. Vragen over of je belasting mag betalen aan de keizer, of of mensen nog getrouwd zullen zijn met elkaar als ze in de Hemel bij God zijn, of – zoals nu - hoe je eigenlijk de Wet uit moet leggen.

Elke keer als de tegenstanders proberen Jezus in het nauw te drijven laat Jezus juist zien wat de diepere betekenis is van die vragen, en de diepe betekenis van zijn roeping. Uit het kromme hout van valse vragen slaat Jezus rechte slagen voor de waarheid.

Ook bij deze vraag is dat het geval. Jezus werd er vaak van beschuldigd dat Hij de joodse Wet, de Thora, niet serieus zou nemen, en dit vooral omdat Hij anders naar de Wet kijkt dan de Farizeeën doen. Die hadden voor zichzelf al een beetje het alleenrecht geclaimd dat alleen zij de Wet goed konden uitleggen. Niet dat ze het onderling altijd eens waren, dat niet, ze bleven discussiëren, maar ze vonden wel dat de discussie hoe dan ook op hun manier moest.

Jezus kiest er voor om het anders te doen. Hij gaat niet zeggen: “ik denk dat Artikel 1 het belangrijkst is”, of “de vraag naar de indeling van de regels, dat is terug te lezen in het Wetscommentaar van Rabbijn Hillel”, nee. Hij doet als het ware een stapje terug en vraagt zich af, waar dient die wet, waar dienen al die regels toe?

De Wet is geen doel op zich, maar een weg om een goed leven te kunnen leiden. Leven met jezelf, leven met God en leven met de mensen om je heen. En er is maar één ding dat God, alle mensen en de hele Schepping bij elkaar houdt, en dat is de kracht van de liefde.

Als we ons niet oefenen in de liefde, als we geen respect meer kunnen opbrengen voor onze naaste dichtbij en ver weg, en God op de koop toe nemen – of erger nog, behandelen als een soort almachtige loopjongen die er maar voor moet zorgen dat het altijd goed met ons gaat ongeacht de levenskeuzes die wij maken, dan mis je het punt van de Wet.

Zelfs als je je aan alle regels zou houden – voor zover dat kan – als je dat op een liefdeloze wijze doet dan levert je dat niks op. Als je je zo aan de wet houdt doe je de wet geen recht.

Ook wij hebben veel te maken met regels en wetten. Plichten die we moeten vervullen. Dat zijn er ook honderden, of misschien nog wel meer. En ook die plichten, regels en wetten kunnen met elkaar in de knoop raken. Dan weten we niet meer zeker wat we precies moeten doen.

Als we twijfelen, niet weten welk pad we moeten kiezen, dan moeten we niet per se de wetscommentaren open te slaan, of ons af te vragen waar we mee weg kunnen komen. Dat is haast een beetje werelds denken, dat past ons niet goed. Laten we elke keer als we een keuze moeten maken dat doen uit liefde, liefde niet alleen voor de mensen die dicht bij ons staan, maar juist liefde voor iedereen in de wereld, want alle mensen zijn verbonden met elkaar. We leven niet op een eilandje ver weg!

Laten we ons dan zo oefenen in het leven uit liefde, om zo elke dag opnieuw recht te kunnen doen aan God, onszelf en alle mensen om ons heen.

Amen.