Saturday, 11 May 2019

Het Kampioensfeest


Broeders en zusters in Christus.

Deze week was er een spannende voetbalwedstrijd op TV. Ook als je misschien geen fan van Ajax bent is toch goed te begrijpen hoe spannend en dramatisch die wedstrijd was. Van een flinke voorsprong af komend bleek Tottenham toch stevig terug te komen, toch leek het vrijwel zeker dat Ajax door was naar de finale …. Tot de laatste seconden van de wedstrijd.

Wat een drama!

We kunnen het onszelf zo goed voorstellen, die spanning en ook die angst. Dat je denkt dat je na lange tijd en hard werken iets voor elkaar gebokst had – misschien een nieuwe baan of een promotie, of dat éne huis waar je je op ingeschreven had en je stond zo hoog op de wachtlijst… En dan gaat het op het laatste moment niet door. Het bleek toch allemaal een deceptie te zijn.  

Het is in zulke gevallen makkelijk om je terneergeslagen te voelen. Alsof de mislukking vooral terugslaat op jezelf. Als je weinig kans had gemaakt op de functie of de woning was het ook niet zo erg geweest, dan had je je schouders op kunnen halen en verder kunnen gaan met waar je mee bezig was. “Niet geschoten, altijd mis” zeg je dan – en je gaat over tot de orde van de dag.

Maar als je het omdraait, en iets fantastisch krijgt terwijl je er helemaal niet op gerekend had? Je speelt met de dorpsclub, FC Breskens, een vriendschappelijke wedstrijd met Ajax en je zou winnen! Wat een ongelofelijke ervaring zou dat zijn! Daar zou je het over vijftig jaar nog over hebben! Die keer dat opa won van Ajax!  

Dit is een beetje wat er gebeurt in het verhaal in Handelingen, dat we in de eerste lezing hebben gelezen. Als Paulus in Antiochië de mensen vertelt over Jezus lopen de straten en pleinen vol. Dat is helemaal niet naar de zin van de leden van de synagoge – zeg maar, de professionele gelovigen. Zij denken: wij hebben er hard voor gewerkt, wij zijn niet zoals die heidenen die maar wat doen, die zaterdagamateurs vijfde klasse! Nee, wij zijn hier de godenzonen. Het verhaal van God draait alleen maar om ons! De Eredivisiespelers!

En dan zegt Paulus, het gaat er helemaal niet om hoe goed jullie wel niet zijn of hoe hard je gelopen hebt of aan hoeveel regels je je houdt. Het gaat er om wat je taak is die je gekregen hebt.  Je moet een licht zijn voor de volken, en dat staat bij Jesaja in het Oude Testament – dát zou je kunnen weten.

En dat licht voor de volken ís er, ongeacht of jij – synagoge van Antiochië – daar aan meewerkt of niet.  Gods beloften zijn veel te groot om zich door mensen tegen te laten houden. “Niemand” zegt Jezus in het Evangelie “die mij door de Vader in handen is gegeven kan daaruit geroofd worden”.  Dat is werkelijk goed nieuws voor de heidenen. Want die heidenen zijn geen heiden omdat ze dat zo graag willen zijn. Heiden zijn betekent hier eigenlijk meer: geen band hebben met God. 

Ze voelen wel dat die Griekse en Romeinse goden geen hulp kunnen bieden, geen antwoord kunnen geven op hun diepste vragen. Ze beseffen wel dat er ergens een échte God is , ergens ver weg, een onbekende God. Maar die God is zó ver weg – dat Hij voor de gewone mensen, de doodgewone heiden van Antiochië of Athene of Rome onbereikbaar is. Ze weten ook wel dat de Joden er meer van weten van die God. Maar ja, Joods worden, dat is ook nogal wat. 

En dan komen Paulus en Barnabas en die vertellen dat goede nieuws: dat die onbekende God heel dichtbij is en in Jezus Christus Zijn leven heeft gegeven voor de mensen, zodat iedereen kampioen kan worden. Niet alleen maar dat kleine groepje van de Eredivisie – maar iedereen die voor Hem openstaat.  

Dat gold voor toen, en het geldt ook voor nu. Ook wij mogen ons afvragen of wij ons licht nog wel laten schijnen. We hebben zoveel moois: veel traditie, een prachtige geschiedenis, en allerbelangrijkst – het grootste verhaal ter wereld. Een verhaal van bevrijding, het verhaal dat je zegt dat je leven nooit zinloos is – dat je een Vader in de Hemel hebt die je niet loslaat, ook als alles misgegaan is in je leven.

En er is zoveel honger naar dat verhaal, zo veel mensen die wachten op bevestiging of een hand op de schouder. Mensen die zichzelf zijn kwijtgeraakt. Heidenen die diep van binnen niet meer geloven in de afgoden Audi en Hypotheek maar ook niet meer weten wat dan wel.

De domme Antiochiërs dachten dat ze dat verhaal voor zichzelf konden houden, dat als je de heidenen maar buitenhoudt er meer genade en liefde voor jezelf overblijft. Dat is niet zo. Het is als met het Manna in de woestijn: als je er extra veel van opschept om het voor jezelf te houden dan bederft het binnen een dag.

Als je denkt dat bij het Spel van God er maar één groepje mensen kan winnen, dan zie je opeens de bal je net in schieten. Maak je daarentegen ruimte voor iedereen dan kunnen we met zijn allen aanzitten bij het Kampioensfeest.

Amen.