Saturday, 15 August 2020

Een groot geloof!

 In die tijd trok Jezus zich terug naar de streek van Tyrus en Sidon.
Op een gegeven ogenblik
trad een Kananeese vrouw uit dat gebied naar voren, luid roepend:
“Heb medelijden met mij, Heer, Zoon van David!
Mijn dochter is van een duivel bezeten
en wordt verschrikkelijk gekweld.”
Maar Jezus gaf haar in het geheel geen antwoord. Toen wendden zijn leerlingen zich tot Hem met het verzoek:
“Stuur die vrouw toch weg,
want ze blijft ons achterna roepen.”
Hij antwoordde:
“Ik ben alleen maar tot de verloren schapen
van het huis van Israël gezonden.”
Maar de vrouw kwam naderbij, wierp zich voor zijn voeten neer en zei:
“Heer, help mij!”
Hij gaf haar ten antwoord:
“Het is niet goed
het brood dat voor de kinderen bestemd is,
aan de honden te geven.”
“Toch wel, Heer, – sprak zij –
want de honden eten immers toch ook de kruimels,
die van de tafel van hun meesters vallen.”
Daarop zei Jezus haar:
“Vrouw, ge hebt een groot geloof!
Uw verlangen wordt ingewilligd.”
En van dat ogenblik was haar dochter genezen.

 

Broeders en zusters in Christus

 Samenleven is altijd ingewikkeld, en in het bijzonder als je te maken hebt met mensen die uit veel verschillende landen en culturen komen. 

Elke generatie opnieuw moet het samenleven opnieuw worden uitgevonden. Groepen met werkelijke of betrekkelijke privileges hebben te maken met mensen die zich achtergesteld voelen. Is er dan toch een gemeenschappelijke toekomst ongeacht geloof, huidskleur of achtergrond of lijkt het toch zo te zijn dat verschillende etnische groepen altijd op afstand van elkaar zullen blijven, elkaar nooit echt zullen begrijpen?

U hoeft de krant maar open te slaan en de lastigheid van het samenleven spat van de bladzijden. Vaak gaat samenleven goed, maar er is ook onbegrip en vooroordeel. Het was in de tijd van Jezus niet anders.

De tijd van Jezus was een diverse wereld. In Galilea alleen al woonde van alles door elkaar heen. Er woonden veel Joden in de havensteden van het Romeinse Rijk tussen de heidenen in en hoezeer de Joodse gemeenschap haar kracht vond in zichzelf, en de buitenwereld op afstand hield was er ook geen volledig isolement.

Tegelijkertijd kon er geen sprake van zijn dat Joden met heidenen en Samaritanen kon omgaan als met mensen uit het eigen volk. Dat was ook om religieuze redenen ondenkbaar. De spijswetten en de voorschriften rond rituele reinheid maakten dat onmogelijk.

We moeten onze eigen ideeën en vanzelfsprekendheden dus niet terug projecteren op de wereld uit de tijd van Jezus. En al helemaal niet op Jezus zelf.

Dat gezegd is de lezing van deze zondag best een ingewikkelde. En ook best pijnlijk om te lezen. De pijn en moeite van het omgaan met mensen met héle andere achtergronden is heel zichtbaar. Hoewel het fijn zou zijn als Jezus alleen maar aardige dingen zou zeggen over mensen met een andere achtergrond is dat níet wat hier gebeurt.

Geconfronteerd met de vrouw uit het land van Tyrus en Sidon – heidens gebied waar traditioneel vijandschap heerste tegen de Joden – probeert Jezus haar eerst te negeren en als dat niet lukt zegt Jezus dat zijn missie niet voor de heidenen bedoeld is, maar voor de Joden. 

Dat klinkt logisch, maar daar blijft het niet bij. In zijn keuze van woorden benadrukt Hij juist nog een keer de verschillen. Hij zegt niet: “ik respecteer u zoals u bent maar u bent bij het verkeerde loket, heel jammer allemaal, niks aan te doen, met gevoelens van hoogachting: Jezus”.

Door de heidenen te beschrijven als honden lijkt hij een andere en nare weg in te slaan.

Het woord “hond” is namelijk geen onschuldige metafoor is, maar moet ook begrepen worden als een zeer beledigende aanduiding voor niet-joden in de tijd van Jezus. De hond in de tijd van Jezus is een onrein dier, en niet het vriendelijke huisdier waar wij aan denken.

Tegenwoordig, als je lelijke woorden gebruikt tegen mensen van een andere afkomst kun je worden “gecancelled”: dan mag je niet meer meepraten en verdwijnt je boek opeens uit de handel.

Misschien moeten we Jezus dan “cancellen”, en zeggen: “zie je wel, hij is zo`n geprivilegieerde man, die er op uit is om buitenlandse vrouwen te beledigen, daar moeten we niks mee te maken hebben. Het beste blokkeren we hem maar op Twitter en Facebook en als we genoeg boze brieven naar de uitgeverijen sturen dan verdwijnt de Bijbel uit de winkels, opgeruimd staat netjes!”

Maar misschien is dat te kort door de bocht. Laten we maar kijken wat er verder gebeurt.

De vrouw uit Tyrus en Sidon is echter niet voor één gat te vangen: ze gebruikt Jezus woorden tegen Hemzelf en zegt plompverloren: het zal zijn, maar zelfs honden hebben recht op voedsel, dus Jezus, kom maar op!

Het is die vrijmoedigheid en het geloof wat daaraan ten grondslag legt dat Jezus ertoe brengt haar dochter te genezen, vrij te maken van het kwaad dat haar bedrukt. Jezus roemt nu haar geloof. Hij gebruikt zelfs bijzondere woorden. De Tyreense vrouw is de enige persoon in het Evangelie van Mattheus waarvan Jezus zegt dat ze een groot geloof heeft (vorige week lazen we nog over Petrus, die bijna kopje onder ging in het Meer van Galileia omdat hij een klein geloof had!)

De vrouw is geen buitenlandse hond, maar een voorbeeld van geloof, en zelfs een voorbeeld voor de leerlingen.Niks is wat het leek te zijn.

Onze les voor vandaag is dan dat het niet om de buitenkant gaat maar om de binnenkant. In de relatie met God gaat het niet om wie je bent en waar je vandaan komt, en of je in de ogen van de wereld wel de juiste afkomst hebt. Of je nu een achterneef van de Hogepriester bent of een Tyreense vrouw, de weg naar het heil ligt voor je open.

Jezus sluit de deuren niet , Hij maakt ze open. Dat doet hij op een beetje aparte manier, maar Hij doet het wel.  Het is een eerste stap naar de vorming van het Volk van God dat de Kerk is, waar joden en niet-joden samen een gemeenschap opbouwen die niet is gebouwd op afkomst en cultuur, maar op geloof, op een relatie met God door Jezus Christus.

En het geloof maakt de gemeenschap steeds nieuw. Laat haar nooit verkalken of reduceren tot tradities en gewoontes – hoe belangrijk die ook zijn – en geeft haar telkens nieuw leven. Voor de hele wereld. Door de kracht van de Heilige Geest.

Amen.