In die
tijd sprak Jezus tot de hogepriesters en de oudsten van het volk: “Luistert naar deze
gelijkenis:
Er was eens een landeigenaar, die een wijngaard aanlegde;
hij zette er een heining omheen,
hakte een wijnpers erin uit en bouwde een wachttoren.
Daarop verpachtte hij hem aan wijnbouwers
en vertrok naar den vreemde.
Toen de tijd van de oogst gekomen was,
zond hij zijn dienaren naar de wijnbouwers
om de opbrengst in ontvangst te nemen.
Maar de wijnbouwers grepen zijn dienaren vast.
Zij mishandelden de een, doodden de ander
en stenigden een derde.
Daarop zond hij andere dienaren, talrijker dan de eersten;
maar zij behandelden hen op dezelfde manier.
Ten slotte stuurde hij zijn zoon naar hen toe,
in de veronderstelling dat zij zijn zoon wel zouden ontzien.
Maar toen de wijnbouwers de zoon zagen,
zeiden ze onder elkaar:
Dat is de erfgenaam;
vooruit, laten we hem vermoorden
en ons zijn erfenis toeëigenen.
Ze grepen hem vast,
wierpen hem de wijngaard uit en doodden hem.
Wanneer nu de eigenaar van de wijngaard komt,
wat zal hij dan wel met die wijnbouwers doen?”
Ze antwoordden Hem:
“Hij zal die misdadigers een ellendige dood doen sterven
en zijn wijngaard
zal hij aan andere wijnbouwers verpachten,
die hem de opbrengst
op de vastgestelde tijd zullen afdragen.”
Toen sprak Jezus tot hen:
“Hebt gij nooit in de Schrift gelezen:
De steen die de bouwlieden hebben afgekeurd,
is juist de hoeksteen geworden.
Op last van de Heer is dat gebeurd
en het is wonderbaar in onze ogen.
Daarom zeg Ik u:
Het Rijk Gods zal u ontnomen worden
en gegeven aan een volk
dat wel de vruchten daarvan opbrengt.”
Afgelopen dagen volgde ik een discussie op sociale media over hoe je beslissingen moet nemen in tijden van crisis. En broeders en zusters dat het crisis is hoef ik u niet uit te leggen. Het kwam er op neer dat er twee dingen zijn die je kan doen. Je wacht tot alle bewijsmateriaal binnen is en gaat dán pas beslissen, of je zegt “daar is geen tijd voor, we gaan dingen uitproberen, maar wat je ook uitprobeert – doe geen dingen, of probeer die dingen te voorkomen, die onherstelbare schade opleveren”. Ik was overtuigd door de tweede positie: als er geen tijd is voor uitvoerig onderzoek, handel dan maar vermijd onherstelbare schade.
Nu krijgen we deze zondag een stevige gelijkenis voor onze voeten geworpen. Een gelijkenis over de wijngaard van de Heer, een symbool voor het volk van Israël, die gemanaged wordt door wijnbouwers die hun deel niet willen afstaan aan de Heer. En dat gaat heel lang goed. Totdat het fout gaat.
De Heer zendt zijn dienaars uit naar de wijnbouwers om de opbrengst in ontvangst te nemen, daarin herkennen we de profeten uit het Oude Testament, en uiteindelijk zendt hij zelfs zijn eigen Zoon. In de hoop zo orde op zaken te kunnen stellen. De wijnbouwers, de beheerders van het land, de leiders van het volk krijgen kans op kans om hun fouten goed te maken. Dat ze moeten betalen wat ze verschuldigd zijn.
Maar in plaats van dat ze hun kansen pakken gaat het van kwaad tot erger, uit hebzucht mishandelen en doden ze de boodschappers van de Heer en later zelfs zijn zoon. En in plaats van een goed leven te leiden waarin ze in tevredenheid zouden kunnen bestaan maken ze uiteindelijk alles om zich heen kapot. Ze zullen alles kwijtraken. Ze zijn een beetje als de mensen die zeggen dat je alleen moet denken aan wat je al aan bewijs hebt, dat ze denken: “we hebben al heel veel dienaren weggestuurd, en zelfs gedood, en daar zijn we altijd mee weggekomen, dus als we de zoon doodmaken dan komen we daar ook wel mee weg “ , terwijl misschien iemand had moeten denken: wat als we hiermee onherstelbare schade aanrichten? Wat als dit de brug te ver zal zijn, en we alles kwijtraken?
Er zit een waarschuwing in deze gelijkenis broeders en zusters. Maar waarschuwingen zijn er niet om ons pijn te doen, of om ons te pesten. God geeft als goede vader een waarschuwing zoals een vader of een moeder het kind leert fietsen en dan ook waarschuwt voor snel rijdende auto’s en andere plekken waar je beter niet op je fietsje kan komen. We willen juist voorkomen dat er onherstelbare schade ontstaat aan het leven of de gezondheid van het kind.
Zo is het ook met God in deze gelijkenis. Hij waarschuwt de mensen in deze lezing. De wijngaard is traditioneel het beeld dat gebruikt wordt voor het volk van God, en de wijnbouwers zijn de machthebbers. Of beter: iedereen die iets te zeggen heeft. Voor zover we iets te zeggen hebben, en in Nederland mag iedereen meepraten, moeten we ons ook aangesproken voelen.
De gelijkenis wil ons een les leren over beseffen wat van jou is, en niet van jou is. En dat als je over die grenzen heen stapt er erg vervelende dingen kunnen gebeuren. Dan krijg je bijvoorbeeld niet alleen datgene wat je wilde hebben niet, maar je raakt ook alles kwijt wat je wel had. Je denkt een klein voordeeltje te halen maar de uitkomst blijkt catastrofaal.
Ik moet zeggen, de afgelopen maanden lijken dergelijke waarschuwingen ook belangrijk voor alles wat met het milieu en onze leefomgeving te maken heeft. En onze gezondheid.
Als wij met z`n allen, en mede door de machthebbers die wij democratisch mogen aanwijzen steeds maar over onze natuurlijke grenzen heen gaan, ver buiten de spankracht van wat onze planeet en onze gezondheid aankan: dan gaat het mis.
Het kan een hele tijd goed gaan, daar wijzen mensen dan op: “kijk eens, in 2019 deden we nog dit, en was dát wel gewoon”, maar daar leven we niet meer. En resultaten uit het verleden zeggen steeds minder over de toekomst.
Als we vanuit een honger naar meer onze verre naaste uit het globale zuiden geen recht kunnen verschaffen, terwijl juist dáár de rekeningen landen van vervuiling en klimaatverandering dan gaat het mis.
Als we in deze moeilijke tijd waarin het coronavirus ons weer in de verdediging drukt vooral staan op onze eigen rechten en roepen dat zieke en oude mensen maar weg moeten uit de samenleving zodat ons grenzeloze leven maar door kan gaan… Dan gaat het mis.
Daar worden we tegen gewaarschuwd, dan wordt gezegd je gedrag komt bij je terug ten goede en ten kwade. Wees niet hebzuchtig, niet alleen hebzuchtig in spullen maar ook hebzuchtig in ervaringen, in reizen, in mogelijkheden. Dat men woedend is als die of die nèt een klein voordeel lijkt te hebben of als die ander nét iets meer mensen binnen mag laten. Dan gaat het mis.
Als we onze hebzucht de vrije loop laten, ons steeds te kort gedaan voelen, dan gaat het mis.
Dan krijg je niet alleen datgene waar je naar streefde niet, maar je raakt zelfs datgene kwijt wat je had. Dan heb je in je razernij en je ressentiment ook je eigen toekomst stukgeslagen.
Maar we moeten ons ook niet gek laten maken door alle onrust en angst in de samenleving, dan zouden we vergeten dat wij in Gods hand zijn in goede én in kwade dagen,
Het leven kan echt anders. We kunnen leven zonder dat we anderen en onszelf onherstelbaar beschadigen, door dat we die risico’s vermijden.
Laten we dan dapper zijn, en die stappen zetten. Stappen ten gunste van iedereen. In ons eigen leven, in onze relaties met andere mensen. Onze relatie met God. Maar vandaag, de dag van de Heilige Franciscus, ook aan onze wereldwijde mensengemeenschap en de Schepping om ons heen, die net als wij wacht op vrede en verlossing.
Amen.