Thursday 2 November 2023

Allerzielen 2023

 

Romeinen 14:7-9, 10b-12:

Niemand van ons leeft voor zichzelf alleen, niemand sterft voor zichzelf alleen.  Zolang wij leven, leven wij voor de Heer, en sterven wij, dan sterven wij voor de Heer: of wij leven of sterven, Hem behoren wij toe.  Daarvoor is Christus gestorven en weer levend geworden: om Heer te zijn over doden en levenden. Allen zullen wij verschijnen voor de rechterstoel van God.  Want er staat geschreven: Zowaar Ik leef, zegt de Heer, voor Mij zal elke knie zich buigen en elke tong zal God lofprijzen.  Zo zal dan ieder van ons rekenschap moeten afleggen voor zichzelf. 

 

Beste mensen,

Vanavond komen wij samen rond de namen.

De namen van de mensen die wij afscheid genomen hebben in het afgelopen jaar. Familie, vrienden, kennissen, medeparochianen. Of hun leven nu langer of korter was. Wij missen hen.

Doordat we hen missen voelen we ook een diepe waarheid aan. Een waarheid waar we ook over gelezen hebben in de Romeinenbrief. Woorden die we ook vaak zingen aan het einde van de uitvaartliturgie – als we de kist nogmaals zegenen met wijwater en wierook en het absoutegebed over de overledene uitspreken.

Niemand leeft voor zichzelf, niemand sterft voor zichzelf

Wij leven en sterven voor God onze Heer

Aan Hem behoren wij toe

Deze woorden zijn in ons gesleten omdat we ze zo vaak gebruiken. Als je niet uitkijkt voelen ze zelfs een beetje sleets aan. De betekenis is echter duidelijk: 

In Genesis 1 lezen we al, als God de mens schept dat de mens er niet op is gebouwd om alleen te zijn. Mensen zijn met elkaar verbonden door de band van de liefde. Zoals er meer verschillende vormen van liefde zijn, zo zijn er meer banden die mensen bijeen houden.

Maar we leven niet alleen voor onszelf , ook als wij gestorven zijn, blijven wij met elkaar verbonden. Dat voelen wij al in ons leven als wij de mensen missen van wie wij in het leven hielden. De band van het leven is doorgesneden, maar de band van de liefde houdt altijd stand. Die band verdwijnt niet.

 Die band wordt in stand gehouden door de bron van liefde: God zelf. Hij behoudt ons, hij redt uit de dood. Want voorbij de dood vinden we een nieuwe levensband die ons niet alleen verbindt met elkaar, maar ook met God zelf. Wat wij in dit leven vermoedden wordt dán zichtbaar. Nu zien we nog in een donkere spiegel, maar dán van aangezicht tot aangezicht. Op die plek waar wij gekend zijn met onze naam.

Amen.