Sunday 21 October 2018

Moord in de Kathedraal


Broeders en zusters in Christus

Vaker dan niet zien we in de wereld hoe mensen zich groot maken en proberen de ander af te troeven – op weg naar nog meer macht , en nog meer invloed. We hebben deze week bijvoorbeeld kunnen lezen hoe ver het regime in Saoedi-Arabië bereid is te gaan om haar macht vast te kunnen houden.

 Het evangelie van vandaag leert ons dat we die wil tot macht tegen kunnen komen onder de meest verrassende omstandigheden, en op de meest onverwachte plekken. Zo diep zit die behoefte kennelijk in mensen.
We komen in deze lezing Johannes en Jacobus weer tegen, en ze proberen als het ware indruk te maken op Jezus , met hoe ver ze willen gaan. Zij willen de belangrijkste leerlingen zijn – dat lezen we ook in andere passages terug. Ze zijn nogal competitief. 

Nu vragen ze het dan Jezus zelf, om plekken aan de rechter- en de linkerhand wanneer het zo ver is. Wanneer in uw Glorie bent, Jezus, in de Hemel. Ook voor ons – Johannes en Jacobus – is daar vast een plek, maar we willen een belangrijkere plek. Kunt u die ons geven? 

Jezus vertelt hen wat daarvoor moet gebeuren: als je dat wil – zegt Hij – moet je de beker drinken die ik drink, en het doopsel ondergaan wat ik onderga – wat zoveel betekent als: dan moet je ook lijden wat ik te lijden zal hebben. 

En dan komt het hoge woord er uit, ja, ze denken dat ze dat zomaar kunnen. Sorry Johannes en Jacobus, maar jullie hebben nog heel wat te leren. Ja, jullie zullen allebei op jullie eigen manier de beker van het lijden uit moeten drinken, maar daarmee ben je er niet. 

In de woorden van de Apostel Paulus in de Korinthenbrief: al geef ik mijn lichaam prijs aan de vlammen, als ik de liefde niet heb, ben ik niets.
Wat je ook doet, hoe groot je daden ook zijn, ze mogen geen ander doel dienen dan de liefde voor God en de naasten, als daar andere doeleinden bij komen kijken wordt de daad heel wat anders, dan krijg je een andere beloning. Applaus misschien, of een onderscheiding, maar voor God heb je je beloning dan al gehad. 

Mensen zijn vaak tot de grootste opofferingen in staat. Soms zie je dat ook in de Kerk, sommige mensen zijn vol vuur en ijver, en heel vaak is dat uit echte liefde voor de naaste of liefde voor de Kerk, liefde voor God.
Maar heel soms kun je je toch afvragen of het hart wel op de juiste plek zit. Je kan geen kritiek hebben op wat men allemaal doet, maar wat heeft men er mee voor? En hoe erger het wordt, des te lichtzinniger wordt er gesproken over de meest radicale geloofsdaden. Dat is een beetje wat Johannes en Jacobus hier doen als ze het hebben over het navolgen van Christus. 

In het ergste geval kan er in het hart van de meest fanatieke christenen een soort spirituele machtswellust schuilen, die zich uitstrekt tot in de eeuwigheid toe. Net als de toren van Babel richt de geestelijke hoogmoed dan zijn gretige pieken op de Hemel. 

Het doet wat denken aan het beroemde toneelstuk van de Engelse schrijver TS Eliot: De Moord in de Kathedraal. Het toneelstuk gaat over de aartsbisschop Thomas Becket die in 1170 in opdracht van koning Hendrik II van Engeland wordt vermoord. Hij werd al kort na zijn dood erkend als martelaar voor het geloof en heiligverklaard. 

In het toneelstuk zien we hoe de hele vrome, aartsbisschop Becket in de dagen voor zijn dood wordt bezocht door vier Verleiders die hem een bepaalde bekoring voorhouden. De verleiding om de Koning toch maar gelijk te geven – ook al heeft hij dat niet. 

Of de bekoring om te proberen door middel van politieke manoeuvres met de edelen de koning klem te zetten. Ook dat kan. Becket is een machtig man.

Maar de laatste verleider vleit Aartsbisschop Becket en vertelt hem dat hoeveel eer hij ook heeft en krijgt als aartsbisschop, dat is allemaal niks vergeleken met de eer in de hemel en de glorie van het Martelaarschap.

Hij zegt: 

Maar denk Thomas denk, aan de glorie na de dood
Als de koning sterft, zal er een ander zijn
Een nieuwe koning, een nieuwe heerschappij.
De koning is vergeten als er een nieuwe koning heerst
Maar denk aan de martelaar, die uit het graf regeert!
Denk Thomas denk, aan je vijand die ontstemd
Bevend in het stof, boete doet - in zak en as!
Denk aan de pelgrims, in lange rijen
Voor jouw schitterend versierde schrijn
Van geslacht tot geslacht zul jij worden herdacht!
Denk dan aan de wonderen , door Gods genade
En denk dan aan je vijanden – die braden!

(...)


Ja, Thomas Ja, daar heb je aan gedacht
Wat is er groter dan de glorie van de Heiligen
Die altijd in Gods nabijheid zijn?
Welke aardse praal van koning of keizer,
Welke aardse trots is geen armzalig slijk -    
Vergeleken met Gods Koninkrijk?
Volg die weg, word martelaar en maak jezelf tot slaaf
Op Aarde, om te heersen in de Hemel.
 
Zie dan neer op de diepten, waar de afgrond gaapt 
Je vijanden gevangen in tijdloos lijden, 
verstard verlangen, de vergeving voorbij. 

Thomas Becket zegt dan , dat dat de grootste verleiding is, spirituele hoogmoed. Het grootste offer niet nastreven vanuit de hoogste liefde maar vanuit de grootste zucht naar macht en invloed, een macht en een invloed die groter is dan die van welke koning dan ook. 

Thomas beseft dan waar dit heen gaat. Hij voelt een diep verlangen van hem om naar de Hemel te gaan om bij God te zijn, de woorden van de Verleider komen héél dichtbij. Maar zijn toch puur vergif.
Thomas Becket zegt dan 

De laatste bekoring is het grootste verraad /
Om de verkeerde reden, doet men de goede daad 

En ja, Thomas Becket wordt een martelaar – maar wat hem tot een heilige maakt zijn niet zijn grote en spectaculaire daden maar de liefde die hij voelt voor God, de kerk en de waarheid. Het mag geen ander doel dienen. Wie een ander doel mee naar binnen smokkelt ondermijnt het doel waarvoor hij zegt te werken.  


Ook voor ons geldt dat al ons doen en laten moet worden gebouwd op een fundament van liefde. Niet dat we nooit onhebbelijk kunnen zijn of alleen maar het goede kunnen doen, maar alles wát we doen moet ten dienste staan van wat groter en belangrijker is dan wij. De dingen die belangrijker zijn dan wij mogen we niet omvormen voor onze eigen doeleinden. 

Als wij dat niet doen dan krijgen we misschien niet altijd wat we willen, maar in ieder geval wat we nodig hebben, en uiteindelijk meer dan wat we ons kunnen voorstellen.

Amen.