Saturday, 29 November 2025

Advent I 2025

 

Beste vrienden, beste jongens en meisjes

Het is alweer koud en nat om ons heen dus misschien moeten we alweer even graven in onze herinnering. Als we denken aan een zomerse dag aan het strand. In Nederland, of verder weg, op vakantie. Daar is van alles te doen. Zwemmen, schelpen zoeken, of haaientanden. Kuilen graven (als je uit Duitsland komt) of zandkastelen bouwen.

Dat laatste daar kun je je natuurlijk helemaal op uitleven. Torens, muren, poorten, grachten. Heerlijk om te doen. Samen met vrienden, degene die je al kent, of anderen die je daar op het strand maakt.

En als de zon begint te zakken en de vloed opkomt zeg je “tot morgen” of “tot ziens” tegen je vrienden en laat je de zandkastelen voor wat ze zijn. Het is tijd om te gaan eten. Misschien kijk je samen eerst nog even toe hoe de zee hap na hap neemt uit dat kasteel. Eerst vullen de grachten zich, daarna wordt er druk aan de muur geknabbeld. De toren gaat scheef staan. Misschien blijft die dat wel een hele tijd doen, want je hebt hem stevig gebouwd. Het is leuk om te zien hoe lang hij het volhoudt. Een zandkasteel dat wegdrijft bij het eerste golfje, daar heb je natuurlijk geen eer aan!

Maar uiteindelijk is het klaar, en tegen de tijd dat het laatste stuk van de toren de zee in zakt is er al bijna niks meer van over. Het is een mooie dag geweest.

Morgen weer.

Zo is het ook met de advent, de tijd die we vandaag begonnen zijn. Kerst begint met advent. Dat is een mooi woord voor “de tijd van de komst”, iemand komt naar ons toe. Jezus zelf. Als kind. Hij brengt licht voor de wereld.

Je kan pas licht komen brengen als het donker is om ons heen, niet eerder. Net zoals je pas opnieuw kan beginnen met bouwen nadat de vloed is gekomen en gegaan. Dat is de tijd van de advent, leren dat de vloed is geweest. Leren dat wij het niet altijd licht kunnen maken uit onszelf. Leren dat wij niet zomaar uit onszelf aan iets nieuws kunnen beginnen.

Kinderen zijn soms wijzer dan grote mensen. Ze snappen dat zandkastelen niet eindeloos kunnen blijven staan. Volwassenen zijn iets hardnekkiger. Die denken vaak dat wat zij opbouwen voor altijd gaat blijven. Voor volwassenen is dat moeilijk te begrijpen. Maar voor God maakt het niet uit of je groot bent of klein en of je je kasteeltje bouwt van zand of uit bakstenen.

We moeten leren dat niks wat wij bouwen, klaar is om altijd mee te gaan. Bij een zandkasteel is dat een dag. Als de avond komt moet je het loslaten. Bij grote mensen zijn dat grotere dingen, en die dingen gaan lang mee. Uiteindelijk moet je ze loslaten. Pas als je dat doet, als je dat erkent, is er ruimte voor iets nieuws. Is er ruimte voor iets anders. Als je je handen vol hebt, is er geen ruimte voor nieuwe cadeaus.

Daarom is deze tijd ook anders. De kleur is anders. Paars. Een beetje donkere kleur. Niet zo vrolijk als wit, goud of groen. Maar wel mooi op zijn eigen manier. Geen kleur die blijft, maar een kleur die ons voorbereidt. En hebben jullie iets gemist aan het begin van de mis? Ik wel. Er is geen wierook, want wierook is iets feestelijks! Dat bewaren we nu even voor later. En er is geen Glorialied. Dat is het vrolijkste lied dat we hebben. We zingen het elke zondag. Maar nu even niet, want deze paar weken zijn net even anders. We zetten het geluid wat zachter zodat we Jezus straks beter kunnen horen.

Pas als we niet meer doen alsof we midden in het licht staan kunnen we omhoog kijken, op zoek naar het licht. Want er ís altijd licht. Het komt er aan! Niks kan het tegenhouden! De eerste adventskaars brandt al. Die zal week na week steeds helderder gaan schijnen. Eerst één, dan twee, drie, en tenslotte vier. Dan is het al bijna kerst, je voelt al bijna geen verschil meer.

En als Jezus geboren wordt, dan is het feest. Het licht is er dan weer helemaal. De donkerte gaat weg. De dagen worden weer langer. We hebben weer zin in nieuwe dingen. Misschien gaan we weer een zandkasteel bouwen, of iets anders ondernemen. Dat hoeven we niet nu te beslissen. We gaan het zien, wanneer de dag aangebroken is.

Amen.