Saturday 7 March 2020

De Zon van God


Ikoon van de Transfiguratie 



In die tijd nam Jezus Petrus, Jakobus en diens broer Johannes met zich mee
en bracht hen boven op een hoge berg,
waar zij alleen waren.
Hij werd voor hun ogen van gedaante veranderd:
zijn gelaat begon te stralen als de zon
en zijn kleed werd glanzend als het licht.
Opeens verschenen hun Mozes en Elia,
die zich met Hem onderhielden.
Petrus nam het woord en zei tot Jezus:
“Heer, het is goed, dat wij hier zijn.
Als Gij wilt zal ik hier drie tenten opslaan,
een voor U,
een voor Mozes en een voor Elia.”
Nog had hij niet uitgesproken
of een lichtende wolk overschaduwde hen
en uit de wolk klonk een stem:
“Dit is mijn Zoon, de Welbeminde,
in wie Ik mijn welbehagen heb gesteld;
luistert naar Hem.”
Op het horen daarvan
wierpen de leerlingen zich ter aarde neer,
aangegrepen door een hevige vrees.
Maar Jezus kwam naar hen toe,
raakte hen aan en zei:
“Staat op, en weest niet bang.”
Toen zij hun ogen opsloegen,
zagen zij niemand meer dan alleen Jezus.
Onder het afdalen van de berg gelastte Jezus hun:
“Spreekt met niemand over wat ge hebt aanschouwd
voordat de Mensenzoon uit de doden is opgestaan.”

Broeders en zusters in Christus,

Ik vermoed dat u het wel eens hebt meegemaakt dat u ergens op vakantie bent, en u zit op een terrasje in een mooie stad en het avondlicht valt op de fraaie basiliek waar u op uitkijkt. U heeft heerlijk gegeten en rondt de avond af met een glaasje wijn en u denkt: konden we hier maar blijven.

Misschien googelt u zelfs even op de Spaanse of Italiaanse Funda wat een huisje of appartementje daar in de buurt doet. Voor later. Alleen even om te kijken, natuurlijk.

Maar ja, op een gegeven moment breekt de realiteit toch door. We zijn geworteld in de plekken waar we wonen, werken en samenleven met anderen. Baan, familie, vrienden en bezigheden roepen ons terug en zuchtend rijden we de snelweg op, terug naar het regenachtige Nederland, met een tas vol herinneringen aan een fijne vakantie.

Zo`n soort gevoel, zo probeer ik het me voor te stellen hadden de naaste leerlingen van Jezus toen zij samen met hem op de berg Tabor waren. Jezus openbaart zich aan hen, niet enkel maar als verheven mens, of als wijze leraar maar als Zoon van God. De traditie van de Katholieke Kerk leert ons dat het licht dat Johannes, Jakobus en Petrus daar zagen het licht van de Hemel is, het licht van de Eeuwige Glorie en Liefde van God die alle mensen tot zich roept.

Dat licht, dat hemelse Taborlicht ervaren moet wel een bijzondere belevenis zijn. Een ervaring van liefde en geborgenheid die je altijd bij je wil houden. Een moment van absolute eenheid met de Bron van alles wat bestaat.
Nu heb ik zelf niet zoveel ervaring met mystiek, dus het blijft voor mij een vraag hoe zoiets zou zijn. Maar ik stel het me voor dat het zoiets is als de mooiste vakantie, de diepste verliefdheid, de warmste herinneringen en onze meest dierbare verlangens. Dat alles in één - en keer een miljoen.
Het is misschien dus niet onbegrijpelijk dat Petrus gelijk naar zijn telefoon greep om op zoek te gaan naar drie Tiny Houses, om daar bovenop de berg Tabor een dorpje te beginnen. Een dorpje waar je altijd onder de warme zon van Gods aanwezigheid mag zitten, in het gezelschap van Jezus, Mozes en Elia. Het terrasje moet u er zelf maar bij denken.

Maar dan breekt de realiteit breekt door met de woorden van Jezus. Hij legt uit dat Hij niet naar de Taborberg gekomen is om daar te blijven. Hij neemt hen weer mee naar de rest van de wereld waar Zijn en hun taak ligt. Jezus vertelt hen dat ze niets over hun ervaring mogen zeggen tot Jezus uit de dood is opgestaan.

Dát is de logica van de Vastentijd. We blijven onze ogen gericht houden op al het goede en mooie dat God ons geeft, maar wij hebben nu eerst een andere taak: het mee-leven met Jezus’ lijden en dood. We hebben geen tijd om op het terrasje in het avondlicht te blijven zitten: want het is pas Jezus’ lijden en dood die de poorten naar dat heerlijke licht van God opent. Als álles gedaan is kunnen wij daar doorheen, maar eerder niet. 

We krijgen deze zondag een glimp van dat licht. Niet om ons er krampachtig aan vast te klampen maar om ons te sterken. Net als we een vakantie uitgerust terugkomen om onze dagelijkse taken en verplichtingen weer op ons te nemen, zo mogen de leerlingen nu met nieuwe kracht samen met Jezus opgaan naar Jeruzalem. Daar wacht een moeilijke tijd op hen die hen diep zal beproeven.

Ook wij gaan dieper de veertigdagentijd in. Een tijd van beperkingen en verplichtingen, maar ook een tijd die ons sterkt en bemoedigt zodat wij ook met de Heer ons aan kunnen sluiten bij het Paasfeest.

Amen.