Saturday, 18 December 2021

Het Stille Woord

 

De stille stad, 18 december 2021
 

In die dagen reisde Maria met spoed naar het bergland
naar een stad in Juda.
Zij ging het huis van Zacharias binnen en groette Elisabeth.
Zodra Elizabeth de groet van Maria hoorde,
sprong het kind op in haar schoot.
Elizabeth werd vervuld met de heilige Geest
en riep met luide stem:
“Gij zijt gezegend onder de vrouwen
en gezegend is de vrucht van uw schoot.
Waaraan heb ik het te danken,
dat de moeder van mijn Heer naar mij toe komt?
Zie zodra ik uw groet hoorde,
sprong het kind van vreugde op in mijn schoot.
Zalig zij, die geloofd heeft, dat tot vervulling zal komen
wat haar vanwege de Heer gezegd is.”

 

Beste vrienden,

Zoals zoveel andere mensen keek ik gisteren naar de persconferentie waar we zoveel slecht nieuws te horen kregen. En misschien herkent u het maar ik werd er erg verdrietig van, van het nieuws van de komende lockdown. Verdrietig over alle plannen die nu niet doorgaan, alle ondernemers en werknemers die niet meer weten hoe het verder moet. Verdrietig over alle zorgen voor onze gezondheid.

Teleurgesteld in dat het wel weer lijkt alsof we terug bij af zijn.

Verdriet over de onzekerheid, wat kan er doorgaan? Wat niet? 

En boosheid. Ook boosheid. Over zoveel geklungel. U hoort het al, er zijn heel veel emoties. 

Altijd als ik me verdrietig voel of niet weet wat ik met mijn emoties aanmoet dan trek ik mijn schoenen aan en ga ik wandelen. Dan maak ik een rondje door de stad. Of twee rondjes.

Daar word ik dan niet direct minder verdrietig van, want het was gisteravond erg stil in de stad. Er is geen leven, er zijn geen vrolijke geluiden. De straten zijn leeg. Het feest lijkt onnoemelijk ver weg.

En onder het wandelen zit ik wat te kauwen op wat ik voel, en ben ik ook wat aan het denken over mijn preek. Wat ga ik morgen zeggen? Dat brave preekje wat ik geschreven had voelt nu niet goed meer. Niet passend. Maar de woorden die we lezen blijven hetzelfde. 

In het evangelie van deze zondag is ook Maria onderweg. Naar haar nicht Elizabeth. Daar zal ze een tijd blijven. En het is een hele mooie ontmoeting, want als Maria en Elizabeth bij elkaar zijn ontmoeten eerst de ongeboren kinderen elkaar. Johannes in de schoot van Elizabeth voelt ogenblikkelijk van wie Maria zwanger is.

Het is de Heer.

En Johannes, ongeboren als hij is, laat het weten, ook daar bereidt hij de weg des Heren. En Elizabeth prijst Maria zalig. Met prachtige woorden.

En dan stel ik me voor hoe het leven geweest moest zijn in die tijd. Er was veel onrust en gevaar. Van de Romeinen, en van hun handlangers en trawanten. Van Herodes, die later zal proberen beide kinderen te doden. Er zijn gevaren die je ziet, en er zijn gevaren die je nog niet kan vermoeden – ook al zijn ze er wel.

En er zullen ongetwijfeld genoeg mensen zijn, ook in de tijd van dit verhaal van Maria en Elizabeth die daar wakker van lagen. Zwetend om zeven uur ’s avonds bij het hok van de postduif zaten te wachten op de nieuwste persconferentie uit Jeruzalem.

Maar het belangrijkste nieuws wordt niet doorverteld op persconferenties. Het belangrijkste nieuws staat niet altijd in de krant.

Het allerbelangrijkste nieuws groeit in stilte, en ook al zie je het niet, het is er wel. Verborgen in de schoot van Maria. In die stilte groeit het Woord. Er is nog maar een enkeling die over hem spreekt, een paar mensen die Hem vermoeden. Maar Hij ís er echt. En Hij komt.

Wijzelf zijn niet altijd goed in omgaan met stilte. We hebben liever feestgeluid en muziek. En als dat er niet is, als het in plaats daarvan stil is in de stad, dan zijn wij gauw verdrietig. Ik in ieder geval wel.

En als het zó stil is dan denken we al gauw dat er ook niks gebeurt, dat het leven ook nergens meer heengaat. Dat is begrijpelijk. Als we iets niet zien denken we al gauw dat het er ook niet is.

 En als we niet uitkijken verliezen we dan ook de hoop, verliezen we het gevoel dat wat we doen zinvol en betekenisvol is. Gaan we denken dat het allemaal niet meer zo uitmaakt.

Laten we dat maar niet doen. Want in die stilte zit teveel verscholen. We gaan er nog van horen, wie er in die stilte is. We gaan nog horen van het Woord, dat in die stilte is. We gaan het Woord zèlf horen. Hem ontmoeten. Hij is dichtbij.

De stilte die nu om ons heen is lijkt vijandig, oorverdovend. Ruis en sneeuw waar niks doorheendringt. We zijn onzeker. Verdrietig. Ik wel. Maar wat wij denken en wat wij voelen is niet het eindstation. Wij zijn er geen gevangenen van. Wij hoeven niet opgesloten te blijven in onze pijn, want de Heer is nabij.

Gaat Kerst door? Ja. Kerst gaat door! Kerst gaat altijd door!

Vieren we Kerst? Ja, we móeten Kerst vieren!

Hoe gaan we Kerst vieren in de kerk? Dat weet ik nog even niet. Houd de website in de gaten. Maar zelfs als we niet op eerste kerstdag naar de kerk kunnen maakt dat Kerst niet minder echt.

God belooft ons niet dat je altijd met elkaar samen kan komen in de kerk of daarbuiten. God belooft je niet dat je plannen altijd doorgaan, hoe kostbaar die plannen voor ons ook zijn. Gods belofte is heel wat anders. Heel iemand anders.

Jezus is Gods belofte voor de mensen. En Hij laat zich niet tegenhouden. Niks kan Hem tegenhouden. Ziekte, oorlog, pijn, ruzie, zelfs de dood, Goede Vrijdag, houdt Hem niet tegen.

God zet zich altijd door, hij doet dat op de meest onverwachtse plekken met en door de meest onverwachte mensen. Vaak mensen waarvan anderen zeggen: één ding is zeker – met hem of met haar komt het nooit goed. En op plaatsen waarvan mensen zeggen: kan daar iets goeds vandaan komen? Díe mensen, díe plaatsen. Let maar op.

Straks, met Kerst, vieren we dát plan van God, dat wonder. De geboorte van Jezus. Een plan dat, eenmaal aangevangen, altijd zijn weg blijft volgen.

Het wordt ook ons feest, in de kerk, buiten de kerk, thuis, waar dan ook als wij in ons leven plaats maken voor Hem.

Het kan zijn dat we ons dan nog steeds wat bedroefd voelen, soms toch even een extra wandelingetje moeten maken. (Ik wel, in ieder geval). Maar ons verdriet heeft nooit het laatste woord. We mogen er zijn, we spelen een rol in Gods plan, dat plan is er voor ons. En we zullen het zien, moge dat wat we geloven onze pijn ook verlichten, ons weer vreugde laten voelen, ook in kleine dingen. Tot dat wij weer samen dát feest kunnen vieren zoals wij dat altijd wilden, met nog meer vreugde als tevoor.

Amen.