Saturday, 9 January 2021

Een levensreddend Medicijn..

In die tijd predikte Johannes:
“Na mij komt die sterker is dan ik,
en ik ben niet waardig mij te bukken
en de riem van zijn sandalen los te maken.
Ik heb u gedoopt met water,
maar Hij zal u dopen met de Heilige Geest.”
In die tijd vertrok Jezus uit Nazaret in Galilea
en liet zich in de Jordaan door Johannes dopen.
En op hetzelfde ogenblik dat Hij uit het water opsteeg,
zag Hij de hemel openscheuren
en de Geest als een duif op zich neerdalen.
En er kwam een stem uit de hemel:
“Gij zijt mijn Zoon,
mijn veelgeliefde;
in U heb Ik welbehagen.”

 

Stelt u zich voor broeders en zusters, dat we allen lijden aan een ernstige ziekte. Maar gelukkig is er een medicijn! Het is alleen zo, dat het in een opslag ver weg ligt en het kan nog een hele tijd duren voor we het krijgen.

En terwijl we wachten breekt er discussie uit. Zo gaat dat altijd. De één vertrouwt wat de boodschappers die zeggen dat ze het medicijn zèlf gezien hebben en weten hoe het werkt, terwijl de ander misschien denkt. “Mijn hele leven zijn mij al zoveel praatjes verteld, ik zie het nog maar even aan”

En als het medicijn er dan is, zul je zien dat de discussie nog niet klaar is! De zieken lijken wel opgeknapt maar zijn er geen enge bijwerkingen die je pas over lange tijd ziet? Het kan zelfs zijn dat je dingen in je leven moet veranderen als je het medicijn eenmaal genomen hebt! Een leefstijlverandering! Durven we dat wel aan?

Dan ís er een medicijn, en zijn er toch nog mensen zijn die het niet willen nemen of er wantrouwig tegenover staan. Of zelfs zeggen dat je beter ziek kan zijn dan beter, want wát er precies in dat medicijn is moeilijk uit te leggen.  

Uiteindelijk komt het op vertrouwen aan en ja, het zou niet de eerste keer zijn dat iemand daar misbruik van gemaakt heeft, van ons vertrouwen. Dan is het misschien wel te begrijpen dat iemand zegt: Mij niet gezien!  

Het is dan makkelijk om te denken: wat een domme mensen, zomaar dat medicijn overslaan. Maar ik begrijp het wel. We vinden het allemaal wel moeilijk om het goede te vinden, te aanvaarden en aan te nemen.  

We zien het goede soms duidelijk voor ons liggen maar we strekken onze handen er niet altijd naar uit. Misschien durf ik het niet zo goed, of wat zou de buurvrouw er wel niet van zeggen, of het komt ons nú net even niet uit

enz.

Als u dit niet gelooft, dat mensen zo denken, moet u kijken naar uw goede voornemens voor dit jaar.  Tien dagen geleden leek het allemaal zo helder, vanzelfsprekend. Over nog eens tien dagen staan we er misschien hoofdschuddend bij. Hoe dachten we dat allemaal te kunnen? Het voelt onmogelijk..

Deze lastige waarheid was iets waaraan ik moest denken toen ik het Evangelie van deze zondag las. Jezus wordt gedoopt door Johannes de Doper in de Jordaan en Hij krijgt niet alleen de erkenning en de goedkeuring van Johannes, maar in het laatste vers van God zelf.

 Jezus wordt goedgekeurd als medicijn voor alle ziektes die in ons hart leven. En Gods goedkeuring over Hem wordt luid en duidelijk geopenbaard. Geen stempeltje op een stuk papier, nee. Een open hemel, een luide stem en woorden die iedereen kan horen. Maar dit is nog maar het begin van het verhaal en niet het einde.

Door heel het Evangelie heen zullen horen over hoe Jezus vanuit die opdracht en erkenning van God rondgaat, wonderen doet die iedereen kan zien, spreekt met gezag…  En toch zullen de mensen om hem heen met maar moeilijk vinden om écht te vatten wie hij is. Zelfs zijn leerlingen zullen lange tijd niet goed begrijpen wie Jezus écht is en wat hij écht wil. Dat duurt heel lang voor dat ze daar zijn.

Dat is niet omdat er iets scheelt aan Jezus, dat de Stem van God niet duidelijk is, dat zijn voorbeeld en gezag tekortschiet. Nee. Het probleem zit in de hart van de mensen om Jezus heen, zelfs in zijn leerlingen. Ze kunnen niet op slag aanvaarden dat als Jezus is wie Hij zegt, als Jezus is wat hij doet, dan wordt álles maar dan ook álles heel anders.

Onze menselijke geest is daar niet helemaal op gebouwd om die bocht zomaar te kunnen nemen. Daar is geduld voor nodig. Ook bij ons. Want als we er voor open blijven staan wordt het duidelijk.

Want Jezus geeft nooit op. Ook als wij nog niet goed Ja kunnen zeggen tegen Hem, tegen alles wat goed is voor ons en voor anderen om ons heen, blijft Hij werken.

Zijn rijkdom, alles wat God ons geven wil, is er helemaal voor bedoeld om ons rijk te maken! Als wij ons oefenen om ons wijd open te stellen dan kan God ons rijker maken dan we ons voorstellen.

Rijk aan geloof, rijk aan hoop, rijk aan liefde. Alle dingen die er werkelijk toe doen!

De jackpot van de Oudejaarsloterij is misschien aan ons voorbij gegaan, broeders en zusters, maar dat geeft niet vergeleken met wat er nog op ons wacht!

Dan blijft nog de vraag: wat gaan wij doen met de rijkdom die we al hebben, de rijkdom die we nog gaan krijgen. Het is niet het soort die we in dit nieuwe jaar voor onszelf kunnen houden. Geen jackpot die we kunnen wegsluizen naar een bankrekening, en niks mee doen, behalve dat we om de zoveel tijd eens tevreden naar het bankafschrift kijken. Nee.

De rijkdom, het geneesmiddel van geloof, hoop, en liefde is er om te delen. Als we beter geworden zijn is het omdat we ooit ziek waren – en we genezen zijn.  Als we rijk zijn in Jezus, dan is dat omdat we ooit arm waren en rijkgemaakt zijn.  Er blijft veel armoede om ons heen. Hoeveel mensen zijn er niet die het misschien in de ogen van de wereld wel goed hebben, maar wat geloof, hoop en liefde betreft buiten liggen? In de kou.. onder de brug. We kunnen een levensreddend medicijn toch ook niet alleen voor onszelf bewaren? 

Moge dat onze opdracht zijn in het nieuwe jaar, dat we al het goede wat we ontvangen hebben, de schat aan geloof, hoop, en liefde,  mogen aanvaarden en mee doorgeven.

Dat zó de onvermoeibare rijkdom van Christus zijn weg vindt in de harten van álle mensen.

Door Christus onze Heer.

Amen.

Saturday, 2 January 2021

Drie Lessen van Drie Koningen

 

Toen Jezus te Betlehem in Juda geboren was,
ten tijde van koning Herodes,
kwamen er te Jeruzalem Wijzen uit het oosten en vroegen:
“Waar is de pasgeboren koning der Joden?
Want wij hebben zijn ster in het oosten gezien
en zijn gekomen om Hem onze hulde te brengen.”
Toen koning Herodes dit hoorde werd hij verontrust en heel Jeruzalem met hem.
Hij riep alle hogepriesters en schriftgeleerden van het volk bijeen
en legde hun de vraag voor
waar de Christus moest geboren worden.
Zij antwoordden hem:
“Te Betlehem in Juda.
Zo immers staat er geschreven bij de profeet:
En gij Betlehem, landstreek van Juda,
gij zijt volstrekt niet de geringste onder de leiders van Juda,
want uit u zal een leidsman te voorschijn treden,
die herder zal zijn over mijn volk Israël.”
Toen ontbood Herodes in het geheim de Wijzen
en hij vroeg hun nauwkeurig naar de tijd
waarop de ster verschenen was.
Daarop zond hij hen naar Betlehem met de opdracht:
“Gaat een zorgvuldig onderzoek instellen naar het Kind,
en wanneer gij het gevonden hebt, bericht het mij dan,
opdat ook ik het hulde kan gaan brengen.”
Na de koning aanhoord te hebben vertrokken zij.
En zie, de ster die zij in het oosten gezien hadden, ging voor hen uit
totdat ze boven de plaats waar het Kind zich bevond
stil bleef staan.
Op het zien van de ster werden zij vervuld van overgrote vreugde.
Zij gingen het huis binnen,
zagen er het Kind met zijn moeder Maria
en op hun knieën neervallend betuigden zij het hun hulde.
Zij haalden hun schatten te voorschijn
en boden het geschenken aan:
goud, wierook en mirre.
En in een droom van Godswege gewaarschuwd
niet meer naar Herodes terug te keren,
vertrokken zij langs een andere weg naar hun land.

 

Broeders en zusters,

 

Als we blij zijn met iemand, als die persoon een mijlpaal bereikt heeft – een verjaardag of een behaald diploma of een nieuwe baan of huis, dan geven we graag een cadeau. Dat is fijn om te doen, cadeaus en aandacht geven aan andere mensen om ons heen. Zo delen we vreugde, over en weer.

Door te geven laten we in de praktijk zien dat we met elkaar verbonden zijn. In ons verhaal van deze zondag krijgen we te horen hoe belangrijk het is om die verbinding te zoeken, ook al ken je elkaar niet goed en kom je van ver.

En treurig genoeg, ook de omgekeerde les dat je soms niks goeds kan verwachten van mensen die verantwoordelijkheid hebben voor jouw bestaan. De mensen die boven je gesteld zijn.

We moeten dit verhaal over Herodes en de wijzen niet zo lezen alsof we te maken hebben met een krantenartikel. Het is allemaal niet letterlijk zó gebeurd. Het verhaal dat we lezen is heel precies  opgebouwd, en wel om ons een les te leren over goed en kwaad.

Het hele verhaal staat vol contrasten tussen Herodes, de boze koning en de wijzen uit het Oosten. Die de volkeren van waar ook ter wereld vertegenwoordigen. De wijzen, dat is een beetje de Verenigde Naties: mensen van overal vandaan die bij elkaar komen om op zoek te gaan naar de vrede in de wereld.

En daar tegenover staat dan de koning. Die de baas is in het land en eigenlijk bezig zou moeten zijn met het welzijn van al zijn mensen maar eigenlijk alleen maar bezig is met boze plannetjes.

Ik wil er een aantal contrasten eruit halen, er zijn er best veel, ik heb er zes geteld, misschien zijn er meer, maar ik wil er een paar uitplukken. En dan moet u maar komende week eens goed om u heen kijken of u die contrasten ook in ons eigen omgeving kan zien.

Drie contrasten wil ik er uithalen.

De eerste vinden we in het begin. De wijzen komen aan in Jeruzalem met blijde openheid , ze vertellen wat ze komen doen, dat ze naar Jezus op zoek zijn, de nieuwe koning. Want zijn teken stond in de hemel  (Het was niet te missen!) en zó melden ze zich bij de plaatselijke overheid. Die zullen de weg wel weten.

En in plaats daarvan treffen ze Herodes, en die weet van niks. Herodes doet niet aan blijde openheid maar aan angstige geheimhouding. Een nieuwe koning, zijn teken stond wereldwijd aan de hemel? Daar hebben ze in Jeruzalem in het paleis niks van gezien! In het geheim ondervraagt Herodes de wijzen.

Goede mensen zijn open en authentiek. Ze praten over wat hen bezighoudt. Natuurlijk, soms moet je tactvol zijn en sommige geheimen bewaar je in je hart, maar je probeert transparant te leven. Dat is wat goede mensen doen. Slechte mensen geloven daar niet in. Informatie is macht, en als je daar teveel van deelt kunnen anderen zien wat jij doet. Dat is heel gevaarlijk.

Als u ergens een organisatie tegenkomt, een overheidsdienst of een bisdom, een orde of een bedrijf waar een zwijgcultuur heerst. Waar je alleen zwartgelakte rapporten te zien krijgt.  Waar spreekverboden worden uitgedeeld alsof het snoepjes zijn en iedereen bang is om wat iedereen eigenlijk wel weet hardop te zeggen, dan zit het niet goed. Een groot contrast.

Tweede contrast: Herodes wil zelf “zorgvuldig onderzoek” laten doen, terwijl de Wijzen de weg laten wijzen door de kracht van boven.

Herodes en zijn trawanten hadden tijden niks gezien. Geen ster, geen verhaal van de herders. Niks was hen opgevallen aan wat er gebeurde in Bethlehem, maar nú is hij opeens geïnteresseerd in een “zorgvuldig onderzoek”.  Hij is zo goed als blind voor alles wat zijn eigenbelang niet raakt, maar als er gevaar in zicht is moet alles tot in het kleinste detail worden uitgezocht.

Zien we dat ook niet in onze samenleving? Men kan blind zijn voor alles wat verkeerd loopt in een  organisatie of bij de uitvoering van de wet. Maar als het verhaal rond gaat dat ergens een machteloze arme een tas boodschappen teveel krijgt van haar moeder is geen inzet te groot. Alles wordt dan uit de kast getrokken voor een Zorgvuldig Onderzoek!

De Wijzen daarentegen kijken naar boven.  Ze zijn wijs omdat ze niet geloven dat ze zélf alles het beste weten. Of zelf alles het beste kunnen onderzoeken. Ze laten zich leiden door de ster, vragen advies aan mensen en staan open voor wat God hen zegt. Ze zijn ontvankelijk en kunnen zich laten verrassen door wat er gebeurt. Omdat goede mensen werken uit vertrouwen worden ze soms ook voor de gek gehouden. Maar goede mensen staan er nooit alleen voor. Ze krijgen kracht van boven.

Ten derde: de wijzen gaan op zoek om de waarheid te vinden maar ook om er wat mee te doen. Ze zijn echt niet geïnteresseerd in de kleine koning zodat ze een wetenschappelijk artikel over hem kunnen schrijven. Ze komen om Hem te vinden, om hem eer te brengen en geschenken te geven. En een geschenk is een universeel woord in alle talen. Een geschenk geven betekent: wij horen bij elkaar. Jij bent er ook voor ons. Mensen van ver weg, van andere volkeren andere landen, waar je ouders nog nooit van hebben gehoord. Uit Afrika, Amerika en China en zelfs de moerassen van Nederland. Wij horen bij jou, en wat fijn dat jij er voor ons bent.

En wat geeft Herodes? Dat hoorden we eerder al op het feest van de Onnozele Kinderen. Herodes brengt geen geschenken, zelfs als hij wat geeft aan anderen is het om er zelf beter van te worden. Wat een akelig leven moet dat zijn, om zo eenzaam te zijn. Als Herodes iets brengt is het dood en geweld, precies het omgekeerde van wat de wijzen doen.

Broeders en zusters. Elke zondag krijgen we Gods wijsheid te horen in het Evangelie en nu we begonnen zijn in het nieuwe jaar wil ik u vragen: zet alles van Herodes buiten. Manipulatie, stiekemigheid, obsessies. Doe het weg. Zonder strik. In plaats daarvan beginnen we aan drie goede voornemens van de Wijzen. We zijn in blijdschap open naar anderen, we laten ons leiden door wat goed is, om wat wij hebben en wat wij doen als geschenk aan anderen te kunnen geven.

Mag zo 2021 een jaar van zegen worden. Voor onszelf en alle mensen om ons heen.

Amen, en zalig nieuwjaar!

 

  

Saturday, 26 December 2020

Jezus het Crisiskind

 Heilige Familie 2020

 

Nadat de dagen van hun reiniging vervuld waren
volgens de wet van Mozes,
brachten zijn ouders Jezus naar Jeruzalem
om Hem op te dragen aan de Heer,
volgens het voorschrift van de Wet des Heren:
Elke eerstgeborene van het mannelijk geslacht
moet aan de Heer worden toegeheiligd,
en om volgens de bepaling van de Wet des Heren
een offer te brengen,
namelijk een koppel tortels of twee jonge duiven.
Nu leefde er in Jeruzalem een zekere Simeon,
een wetgetrouw en vroom man,
die Israëls vertroosting verwachtte,
en de Heilige Geest rustte op hem.
Hij had een godsspraak ontvangen van de Heilige Geest
dat de dood hem niet zou treffen,
voordat hij de Gezalfde des Heren
zou hebben aanschouwd.
Door de Geest gedreven
was hij naar de tempel gekomen.
Toen de ouders het kind Jezus daar binnenbrachten,
om aan Hem het voorschrift der Wet te vervullen,
nam ook hij het kind in zijn armen
en verkondigde Gods lof met de woorden:
“Uw dienaar laat gij, Heer,
nu naar uw woord in vrede gaan:
mijn ogen hebben thans uw Heil aanschouwd,
dat Gij voor alle volken hebt bereid;
een licht dat voor de heidenen straalt,
een glorie voor uw volk Israël.”
Zijn vader en moeder stonden verbaasd
over wat van Hem gezegd werd.
Daarop sprak Simeon over hen een zegen uit
en hij zei tot Maria, zijn moeder:
“Zie, dit Kind is bestemd
tot val of opstanding van velen in Israël,
tot een teken dat weersproken wordt,
opdat de gezindheid van vele harten
openbaar moge worden;
en uw eigen ziel
zal door een zwaard worden doorboord.”
Er was ook een profetes, Hanna,
een dochter van Fanuël, uit de stam van Aser.
Zij was hoogbejaard
en na haar jeugd
had zij zeven jaren met haar man geleefd.
Nu was zij een weduwe van vierentachtig jaar.
Ze verbleef voortdurend in de tempel
en diende God dag en nacht door vasten en gebed.
Op dit ogenblik kwam zij naderbij,
dankte God en sprak over het Kind tot allen
die de bevrijding van Jeruzalem verwachtten.
Toen zij alles volbracht hadden
volgens de wet des Heren,
keerden zij terug naar Galilea, naar hun stad Nazaret.
Het Kind groeide op
en werd sterk, vol van wijsheid,
en de genade van God rustte op Hem.
 

 

Broeders en zusters in Christus

 

Als we terugkijken naar dit jaar dat voorbij is, kunnen we misschien denken aan de woorden van de hoofdpersoon uit de roman “de Avonden”, van Gerard Reve: “Het gaat slecht, verder gaat het goed”.

Geen enkele tijd is alleen maar goed of kwaad. Ook nu niet terwijl zo`n grote crisis gaande is.  We kunnen terugkijken en denken: wat gek hoe het allemaal gelopen is, hoe onvoorspelbaar was dit allemaal wel niet, wat werden verrast door dit en door dat… En toch, waren de tekens eigenlijk wel duidelijk. De tijd er rijp voor was dat er zo`n grote omwenteling in onze wereld stond te gebeuren.

Na de vette jaren is er een magere tijd. Dat is de gang van de geschiedenis.

En zoals we nu denken: “wat was dat alles onverwacht” – zo denken we misschien over een paar jaar. “Wat vreemd dat we het al die tijd niet zagen komen!”. De tekens waren toch duidelijk..”

Ik wil vandaag op het feest van de Heilige Familie ingaan op de woorden van Simeon, een oude man die zoveel Geestvervulde levenservaring had dat de toekomst voor hem niet versluierd was. En die van de profetes Hannah die door haar hele leven waarin ze Gods nabijheid had gezocht ook de werken van God leerde herkennen.

Simeon en Hannah herkennen het kind Jezus op hun eigen manier. Wie Hij is en wat Hij gaat betekenen. Het oude loopt op zijn einde, het nieuwe komt er aan. Als dat gebeurt, het oude loopt vast en het nieuwe moet nog komen, gebeuren er moeilijke dingen en zijn er veel conflicten. Niemand weet dan hoe het verder moet. Men moet wachten op wat of wie er komt. Iemand die een brandpunt wordt van alle hoop en verwachting, die de nieuwe tijd inluidt.

En als hij komt dan moet men een standpunt innemen. Voor of tegen. Met hem of tegen hem. Het nieuwe avontuur aangaan of tegen de klippen op verdedigen wat al voorbij is.

Jezus is niet alleen het Christuskind, hij is ook crisiskind. Hij wordt geboren op hett moment dat het oude óp is. De tempeldienst, de politieke onafhankelijkheid van het Joodse volk, alles wat men belangrijk vond was aan zijn einde. De macht was gecorrumpeerd en de wrede Romeinen konden doen en laten wat ze wilden.

Elke crisis heeft zijn eigen tijd en duur. Zoals alles heeft een crisis een begin, een middenstuk en ook een einde. Een crisis kan niet voortijds worden opgelost of afgesloten, het heeft alle tijd nodig die er voor staat. Er komt een moment waar álles op scherp wordt gezet. Voor Simeon is het duidelijk. Jezus zal met dát moment te maken hebben.

Een crisis maakt alles zichtbaar, om te beginnen wat er in het harten van de mens leeft. Je kan geen  masker meer op houden. Wat in het hart leeft wordt openbaar.  Dat is voor sommige mensen een grote ramp, maar voor ons is het een bevrijding om niet meer gegijzeld te worden door de buitenkant.

We zien het om ons heen. Sommigen, zelfs hooggeplaatste mensen blijken helemaal niet te zijn wie ze waren, en het is opeens pijnlijk zichtbaar. Sommigen die altijd sterk leken blijken opeens zwak en behoeftig. Ze zijn de hele dag kwaad op wat niet kan. Vorig jaar hielden ze nog verhalen over dat je altijd maar zelfredzaam moest zijn (net zoals zij!) maar nu is er van die zelfverzekerdheid niets meer over en gaat het met hen net zo slecht, of slechter, dan met al die gewone mensen waar ze zo op neerkeken.

We zien ook het tegenovergestelde. Sommige mensen zijn tegen alle verwachtingen in helemaal opgeveerd. Het was misschien moeilijk in het begin, als je alles in duigen ziet vallen, maar nu worden er opeens grote bronnen van kracht en inspiratie aangeboord. Die mensen weten er ook bij anderen de moed in houden en kunnen anderen helpen. Ze kunnen natuurlijk niet alles doen maar ze doen toch heel wat. En ook als ze het zelf wel eens moeilijk hebben weten ze toch de lichtpuntjes te vinden en helpen ze zichzelf en anderen vooruit. Daar wordt iedereen beter van!

En een jaar geleden misschien nog van die mensen dacht dat ze maar heel gewoontjes waren, of misschien zelfs een beetje achteraan liepen qua begaafdheid of innerlijke kracht. De eersten blijken zo de laatsten, en de laatsten de eersten. De eersten vallen, de laatsten staan op.

En in de eerste jaren van onze jaarstelling, in het land van Israël, gebeurt dat alles omdat er iemand komt die zichtbaar maakt hoe de harten er werkelijk voorstaan. Maskers vallen af, en spiegels worden voorgehouden. Jezus maakt alles anders. Hij bevraagt de mensen wat ze doen, en waarom. Hij laat door zijn voorbeeld zien dat mooie alleen geen weg naar de toekomst banen. Hij pakt de verwachtingen van zijn tijd bij de lurven en keert ze ondersteboven.

Mensen die dat doen maken veel los, en nog veel meer als ze de Zoon van God zijn, en spreken met gezag. Hij komt onverwachts. Hij is iemand die er gewoontjes uitzag, niks bijzonder. “Is dat niet de zoon van de timmerman?” Zullen de mensen in Nazareth zeggen. “Wie denkt hij wel niet dat hij is?”. “Iemand die zo eenvoudig  is”, zegt iemand anders, ”moet maar niet zoveel praatjes hebben.” En een derde wil de landvoogd al bellen, zo`n onruststoker kunnen ze hier niet gebruiken!

Christus’ woorden brengen twee dingen. Ze brengen vijandschap, want de eersten vinden het niet leuk om opeens de rode lantaarn in de handen gedrukt te krijgen en ze brengen ook bevrijding – bevrijding voor iedereen die altijd laatste kwam maar nu in de eindsprint opeens iedereen inhaalt.

Laten we deze zondag dus in onszelf keren. Wat voelen wij? Voelen wij ons bedrukt? Tekort gedaan? Zijn we boos? En op wie dan? Of voelen we toch blijdschap, om de lichtpunten van het leven? Blijdschap omdat we weten dat ook grote rampen weer voorbij gaan. Blijdschap omdat we kleine wonderen zien die de Heer in ons midden doet. Blijdschap misschien ook omdat we die spiegel voorgehouden kregen en er uit hebben mogen leren. Vallen is spijtig, maar niemand dwingt je te blijven liggen.

Broeders en zusters, ik kan u geen gouden bergen beloven voor volgend jaar. Er zijn hoopvolle tekens, maar de moeilijkheden kunnen nog lang aanhouden. Ik hoop wel dat de ontmoeting met God in deze moeilijke tijd vruchtbaar kan zijn, dat we door zijn ontmoeting kunnen opstaan en niet krachteloos zullen neervallen wanneer Hij voorbijkomt. Christus de Heer.

Amen.