Beste vrienden,
Gistermiddag zat ik op de bank in mijn huiskamer wat te lezen in de krant. Het ging over de Britse premier, Boris Johnson. Die had in het voorjaar van 2020 terwijl het hele land op slot zat en je zelfs geen uitvaart mocht houden voor je familieleden, stiekem feest gevierd in zijn kantoor.
Daar is het laatste woord nog niet over gezegd. Terwijl ik daar wat over nadacht. (Misschien is dat leuk om in mijn preek te weven, dacht ik nog) Hoorde ik opeens muziek komen vanaf de Platte Steenbrug. Ik werd daar eerst heel onrustig van, al dat lawaai! Wat is daar aan de hand? Je bent tegenwoordig al gauw veel ontwend.
Toen bedacht ik me dat het te maken had met een protestopening, van de horeca die al zo lang dicht moest blijven en ook nu nog niet open mag. En onder mijn raam zag ik allemaal mensen naar de Platte Steenbrug toelopen om te kijken wat daar aan de hand was, en waarschijnlijk op het plein een biertje mee te drinken en een beetje te huppelen op Abba en de Snollebollekes. Want stond zo te horen op de playlist. Het was zelfs heel luid te horen. Mijn ruiten trilden vrolijk mee in de sponningen. Tja.
Ik kreeg er zelf een beetje hoofdpijn van. Maar dat lag misschien aan mij want zo te horen hadden veel mensen wèl een gezellige middag.
En terwijl buiten het feestgedruis voortduurt zit ik na te denken over mijn preek, en er overvalt mij een beetje een dubbelzinnig gevoel: ik erger me aan een feest omdat ik nu niet de rust heb om na te denken over een tekst over een feest. Dat is wel een beetje absurd. Toen voelde ik mijn ergernis ook een beetje wegzakken.
Feest is een belangrijk onderwerp voor veel mensen, en niet alleen om over te praten of om iets van te vinden. Waar feest is, is leven en als we nooit feest zouden kunnen vieren wordt het leven vlak en vaal. Dan verliezen mensen hun energie en slepen zich door de dag. Mensen kunnen zo wel bestaan, overleven maar er valt iets wezenlijks weg.
Ik hoor tegenwoordig van veel mensen dat er wat is met hun tijdsbesef, dat alles sinds corona voelt als één grote brei en je weet niet echt meer of iets kort of lang geleden is. Ik denk dat dat hier ook mee te maken heeft. Er zijn zoveel feesten, markeerpunten in het leven, weggevallen dat elke dag een beetje doordeweeks geworden is. Huwelijken, kerkelijke feestdagen, eerste communies, processies, kerstmis. Maar ook droevige momenten die we delen , de uitvaarten – kijkt u maar in de krant, er staat nu bijna overal: in kleine kring, in besloten kring … Iets met een grote groep delen, gebeurt bijna niet meer.
En dat heeft
zijn keerzijdes, daar ben ik van overtuigd. Je kan het leven niet eindeloos in
de wachtstand zetten, want het leven is geen machine die je aan en uit kan
zetten. Het leven heeft geen pauzeknop. Wat je steeds opschort ben je op een
gegeven moment kwijt. Dat is echt een gevaar en dat wordt denk ik onderschat.
Dus ik begrijp de horeca wel. Ik kan niet voor anderen beslissen wanneer het land weer open kan, daar moeten andere mensen doen. Maar dat er een grens in de samenleving bereikt is, dat lijkt me duidelijk. Ik ga daar niet boos of verontwaardigd over doen.
Het leven, en daarmee elk feest, heeft namelijk zijn eigen maat. Het kan ongepast zijn om feest te vieren, daar lezen we over in de krant. Maar het kan ook ongepast zijn dat het feest onnatuurlijk ingeperkt wordt. Dat er geen Nachtmis kon zijn voor de tweede keer geeft heel het kerstseizoen iets onnatuurlijks. Maar we lezen er ook over in het Evangelie. De wijn dreigde op te raken. Terwijl het feest nog aan de gang was, het had voortijdig stilgelegd moeten worden.
Als dat
gebeurd was, was er iets heel erg mis gegaan. Dan was het huwelijk niet
goed gevierd.
Maria ziet het gebeuren. Jezus wil zich er eigenlijk nog niet mee bemoeien. Maar Maria geeft Hem een zetje, dat doen moeders wel eens vaker. Maar dan is het mooi te zien hoe Hij ingrijpt.
Het is niet alsof hij zich het feest toe gaat eigenen. Hij vestigt helemaal geen aandacht op zichzelf. Hij heeft natuurlijk wel wat andere mensen nodig. Tafeldienaars bijvoorbeeld. Je kan nu eenmaal niet in je eentje zeshonderd liter water pompen! Maar verder met zo weinig mogelijk mensen.
De leerlingen zien het, Maria weet er van. De tafeldienaren, verder niemand.
Door het feest zo door te laten gaan , “openbaart Hij zijn heerlijkheid”, zo staat het er dan in het Evangelie.
Openbaring betekent dat je laat zien wie je bent. Dat kan bewust of onbewust, dat kan door wat je zegt door wat je doet en door wat je laat.
Jezus laat zien wie Hij is en wat Hij komt doen. Hij doet dat niet met een luidspreker, of een pagina op Instagram. Dat Hij zichzelf continu in beeld laat komen en reclame maakt voor Feestcoach Jezus, met een filmpje erbij over dat je het water in wijn ziet veranderen en dat daarom heen dan mensen staan te juichen. Zo niet.
Hij laat zichzelf zien door niet al te veel op te vallen, zodat iedereen dit belangrijke feest mee kan vieren. En Hijzelf viert het ook mee. Er staat nergens dat hij tussentijds vertrok. Hij zal gebleven zijn tot al die vaten leeg waren, ik weet het zeker.
Als we er zo over nadenken zien we ook het contrast met een andere openbaring. Dat je leider bent van een land, alles om jezelf laat draaien. En dan in de crisis water preekt, en zelfs water afdwingt met politie te paard… Terwijl je zelf de hele tijd wijn gedronken hebt op stiekeme feestjes.
En dat komt dan ook nog eens uit. En dan moet je zeggen in het Parlement dat je je niet goed kan herinneren of je op dat feestje was. Je kan je het schampere commentaar voorstellen dat daarop volgt.
Ook dat is een openbaring, je maakt zichtbaar wie je bent. Maar je zou misschien het liefste onder een steen kruipen in zo`n situatie.
Laten we onszelf zo maar niet openbaren beste vrienden.
Als je alles om jezelf laat draaien en anderen op de huid zit, dat loopt nooit goed af. Als je daarentegen als Jezus behulpzaam wil zijn om andere mensen tot leven te laten komen. Om anderen te helpen de vreugde van het leven te voelen dan openbaar je jezelf op de beste manier.
Laten we hopen dat we in de komende maanden weer gelegenheid zullen hebben om van dat leven te proeven, we weer blijdschap ondervinden, en de grijze bladzijdes van de laatste twee jaar gauw om kunnen slaan.
Amen.